Techpastors

Facebook, weggooien ja, of nee?

Facebook, weggooien ja, of nee?

Sinds de gegevens van 87 miljoen gebruikers naar Cambridge Analytica uitlekten en misschien wel de verkiezingen in Amerika beïnvloed hebben, is het onrustig rond Facebook. Vorige week gooide Lubach een mooie hoeveelheid olie op het vuur, door mensen op te roepen om op woensdag 11 april om 20:00 massaal hun account op te zeggen. Maar is dat dan de oplossing? Waarschijnlijk niet. Facebook vergaart heel veel gegevens over haar gebruikers, maar ook over niet-gebruikers van de service. Dit doet ze door analytische gegevens aan te bieden aan eigenaren van externe sites. Zo kun je een Facebook pixel op je eigen site plaatsen, om zo meer informatie te krijgen over je bezoekers. Die informatie kun je dan ook weer koppelen aan je eigen Facebook account, zodat je beter kunt adverteren. Daarnaast zoekt Facebook het randje op, om zoveel mogelijk persoonlijke gegevens te verzamelen van haar gebruikers. Want hoe meer je over een gebruiker weet, hoe relevanter je diensten en advertenties aan kunt bieden. En daar is het voornamelijk om te doen. Facebook is een zeer geliefd kanaal voor adverteerders, omdat je geen geld hoeft te betalen voor het bereiken van mensen die je advertentie toch niet lezen. Wat bijvoorbeeld wel het geval is als je in een dagblad of op een radiostation adverteert.

Uiteindelijk is dit het spelletje van de hele industrie. Door jouw internetgedrag te meten, weten ze wat jouw interesses zijn en hoe ze daar op in kunnen spelen. Dit geldt niet alleen voor Facebook, maar ook voor bijvoorbeeld Google. Al is Facebook beter in staat om het ook aan jouw persoonlijke profiel te koppelen. Tenzij je ook een Android telefoon hebt, dan is Google vaak weer in het voordeel. Maar terug naar die belangrijke vraag, moeten we nu wel of niet ons account verwijderen? Eerlijk gezegd, heb ik niet de verwachting dat het Mark Zuckerberg iets uitmaakt als een paar duizend Nederlandse gebruikers besluiten om Facebook te verlaten. Daar is de dienst te groot voor. Het zorgt er ook niet voor, dat Facebook op een andere manier data gaat verzamelen. Het zorgt er vooral voor dat die gebruikers wat extra tijd over hebben, nu ze niet meer door hun tijdlijn hoeven te bladeren.

Wat zorgt dan wel voor verandering? De nieuwe GDPR wetgeving is een heet hangijzer voor Facebook. Eerder verloren ze al een rechtzaak in België waarbij de rechter oordeelde dat het verzamelen van informatie van niet-gebruikers van de service strafbaar is. Dat kan ze € 250.000 per dag kosten, maar Facebook is in hoger beroep gegaan. De nieuwe wetgeving gaat wel voorzien in een aantal verplichte mogelijkheden om meer inspraak te hebben in de informatie die opgeslagen wordt en hoe die wordt gebruikt. Dit soort stappen om een industrie te reguleren zijn een goede zaak, want het blijft niet alleen bij Facebook. Ook het Amerikaanse congres is zich daarvan bewust en ook de Amerikaanse Federal Trade Commission buigt zich hier nu over.

Voor nu gebruikt Lubach nog altijd de Facebook Pixel en heeft hij een groot deel van zijn internationale succes te danken aan Facebook. De rest van de Nederlandse omroepen maakt overigens ook keurig gebruik van deze analytische dienst van Facebook. Voor Lubach is het rekensommetje simpel, als een groot deel van de Nederlanders op 11 april zijn Facebook profiel verwijdert, dan heeft hij de publiciteit gehad die hij wilde hebben. Hij zit ook aan het einde van het seizoen, dus het verwijderen van de Facebook pagina’s van het programma zullen nu ook minder pijn doen. Dan is er best kans dat we ze na de zomer gewoon weer op Facebook zien verschijnen, want zo veel zal er dan nog niet veranderd zijn.

Niet bang zijn voor cyberaanval, maar wees wel bewust

Niet bang zijn voor cyberaanval, maar wees wel bewust

Vanochtend werd ik gebeld door Groot Nieuws Radio over hun stelling van de dag: “

Nu ons leven zich meer en meer online afspeelt, wordt cybersecurity natuurlijk steeds belangrijker. Maar wat is cybersecurity nou precies? Kort gezegd is cybersecurity het het vrij zijn van gevaar of schade veroorzaakt door verstoring of uitval van ICT of door misbruik van ICT. Het staat dus voor het veilig kunnen gebruiken van je computer, je smartphone, het internet en alle andere geautomatiseerde systemen die je in het dagelijks leven tegenkomt. Hoe ver dat gaat, zagen we afgelopen weekend toen bijvoorbeeld Q-Park last kreeg van de WannaCry ransomware. Ineens konden gebruikers van parkeergarages niet meer betalen of in- en uitrijden. Ransomware versleutelt bestanden op je computer en geeft ze pas weer vrij op het moment dat er voor betaald is. Op het moment dat dat gebeurt bij systemen die directe invloed hebben op je dagelijks leven, dan kan je dat behoorlijk ontregelen.

Moeten we daarom bang zijn? Wat als dat met het elektriciteitsnetwerk gebeurt, of met ons drinkwater? Wat dan? Gisteren presenteerde de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) een rapport waarin staat dat er meer geld nodig is voor cybersecurity in Nederland. Is dit een reden voor paniek? Nee, dat zeker niet. In hetzelfde rapport staat namelijk ook, dat Nederland goed op weg is. Dat we veel dingen goed afdekken, maar dat er zeker nog meer nodig is als we kijken naar de toekomst. Er zijn zeker risico’s, maar die risico’s hebben we in veel gevallen zelf in de hand.

Als we kijken naar de cyberaanvallen van de afgelopen weken, dan hebben de hackers gebruik gemaakt van een paar mogelijkheden om in computers te komen. Daarbij zijn er een paar dingen die je heel eenvoudig zelf kunt doen om jezelf vrij te houden van ransomware. In het geval van het virus van afgelopen weekend ging het bijvoorbeeld om een ‘fout’ in Microsoft Windows, die de software in staat stelde om zichzelf op computers te nestelen. In een update had Microsoft dit gat al gedicht. De eerste les is dus het goed bijhouden van de updates van het besturingssysteem van je computer. Dat kun je vergelijken met een extra grendel op je voordeur zetten.

Natuurlijk moet je ook zorgen voor goede wachtwoorden. Wachtwoorden als “Welkom01!” voor nieuwe accounts, komen nog heel vaak voor. Of een combinatie van je favoriete huisdier en je geboortejaar. Of de koosnaam voor je partner plus je trouwdatum. Helaas zijn dit ook allemaal dingen waar je bijvoorbeeld op social media over schrijft. Gebruik een stukje software als Lastpass of Dashlane om wachtwoorden voor je aan te maken en te onthouden. Zo kun je ingewikkelde wachtwoorden genereren voor al je accounts, zonder dat je bang hoeft te zijn dat je je wachtwoord vergeet. Hoe meer tekens een wachtwoord heeft en hoe willekeuriger je die wachtwoorden kiest, hoe veiliger het is. “E465#@POhiX+;Y” is een veel beter wachtwoord dan “Anna1985Kees1982”. Er zit namelijk geen herkenbaar patroon in en het is niet te koppelen aan jou als gebruiker.

Daar zit wel ons grootste risico. Wij zelf. Als mensen zijn wij het grootste lek voor onze eigen veiligheid. We kiezen beveiligingsmethoden die eenvoudig te kraken zijn, maar nog vaker zetten we de deur wagenwijd open door te klikken op linkjes en bijlages in mailtjes die we niet eens moesten openen. Bewustwording is een hele belangrijke factor. Inmiddels hebben we allemaal geleerd om onze fiets op slot te zetten en de deur van ons huis ’s nachts op slot te draaien. Datzelfde geldt voor cybersecurity. Je kunt veel investeren in virusscanners, malware scanners, firewalls en nog allerlei andere prachtige dingen, maar als je daarna gewoon op een malware link klikt, dan nodig je de boeven zelf uit. Wees je dus bewust van de dingen waar je op klikt. Als je een mailtje krijgt met een rare bijlage van iemand waarvan je dat niet verwacht, of die je niet kent, open het dan gewoon niet. Komt het van iemand die je wel kent, bel diegene dan even om te vragen of het klopt. Als iemand is geïnfecteerd, dan worden vaak direct mailtjes uit zijn of haar naam gestuurd, omdat hackers weten dat de ontvangers er op gaan klikken en het virus zich zo verder kan verspreiden. Het virus stoppen is vaak kinderlijk eenvoudig. Vertrouw je het niet, gooi het mailtje weg en bel even of het mailtje wel echt door de afzender zelf is verstuurd. Banken hebben inmiddels afgesproken geen linkjes meer in mails te versturen. Mocht je zo’n mailtje van een bank krijgen, dan kun je het direct weggooien. Ben je benieuwd of je toch een andere pas moet aanvragen, ga dan zelf naar de site van je bank en log daar in. Gebruik nooit de link uit de mail.

Natuurlijk zet je zelf ook veel van je gegevens online. Bedenk je wel wat je daarmee doet. De afgelopen weken was er in Amerika een trend om een lijstje van 10 bands op je social media profiel te zetten. 9 bands die je live had gezien en 1 die je niet hebt gezien. Je online vrienden moesten dan proberen te raden welke band je gelogen had. Dit is een ideale basis voor hackers om achter meer informatie over jou te komen. Je favoriete band is namelijk ook een van de meest ingevulde beveiligingsvragen als je een account aanmaakt. Deze vragen worden ook gebruikt om jouw wachtwoord te resetten. Op deze manier geef je dus behoorlijk wat weg. Let er dan ook op, dat als je beveiligingsvragen invult, dat het geen vragen zijn die al te eenvoudig te googlen zijn. Want er staat veel meer van jouw informatie online dan je denkt. En social engineering is de manier van hacken waar hackers vaak het verst mee komen. En die draait helemaal niet om goed programmeerwerk. Die draait vooral om het goed leren kennen van het slachtoffer, zodat je eenvoudig aan dingen als wachtwoorden kunt komen, waardoor je daar je gang mee kunt gaan.

Bang zijn voor een cyberaanval? Nee, dat niet. Ze zijn eenvoudig genoeg te voorkomen. Maar dat moeten we dan wel met z’n allen doen.

Techpastors at LeWeb

Techpastors at LeWeb

leweb-logoTechpastors will be in London this week, where LeWeb’13 London will be held. It promises to be an interesting two days with many industry leaders who will be sharing their vision on technology and the future, but also with many young startups. Techpastors will be there to share our experiences with you. Please check out the LeWeb’13 London program to see what will be happening over the coming couple of days.

If you are in London, or if you are at LeWeb, please let me know so we can have a quick meet.

Welcome to TechPastors

Welcome to TechPastors

Techpastors-logoWith Techpastors, I want to create a source of technology knowledge and news that is primarily aimed at churches, Christian organizations and Christians. I believe there is a genuine need for easily read, practical explanations of what technology can do for us. Instead of encouraging people to use technology for the sole reason of it being available.

Over the past centuries we have seen the relationship between church and society change. And with that, the way in which we reach out to people with the gospel message has changed. We saw greater groups being reached by great evangelists throughout the late 19th century due to the availability of faster travel. Both for the evangelist as well as the people that came to listen. We have seen the impact of the more relational approaches that have been chosen around the middle of the 20th century. And that has been the approach that the larger missionary organizations have remained loyal to throughout the years.

The church in itself has seen similar changes in the way it has been able to work. From the village church that was present in every community, people are now traveling to be at certain churches. The availability of travel has made a huge difference in our approach to attending. And to the way we expect the church to approach us.

Technology is a next step. I strongly believe that it will have more impact on the church than the invention of the television, the plane, the car, the bike and the telephone have had. Simply because technology allows us to do the single thing better that God has created us for. We were to be in relationship with God and with each other. And technology has enabled us to be closer to one another than anything has ever done before.

Will I just sing technologies praises on this website? Surely not. I strongly believe that everything has its advantages as well as its disadvantages. But we need to step up, identify them and address them.

I hope Techpastors can become a help for you and your church or Christian organization. It is my intention to make it a place of inspiration and a place where you can find answers. Also, I do not want to be the one that dictates what will be written about on this site. If you have questions, please send them to me through the contact form. If you have suggestions for topics, please let me know. Also, if you are a keen writer with an interest in technology and faith, and you would like to contribute, please let me know.